Kriegsgefangenenpost


Russische haat

Toen Henk de Pater in Neubrandenburg door soldaten van het Rode Leger werd bevrijd, leed hij aan dysenterie; een zware vorm van diarree, een typische kampziekte. Zijn laatste brief naar Amsterdam dateert van 27 mei 1945:

Alles goed, veel meegemaakt. De helft is hier al weg, naar huis. Hoop gauw te komen. Ik ga dan naar mijn Moeder, aangezien ik niet weet waar jij momenteel woont. Aan alles komt een eind. Ook aan Duitsland. De moffen zijn kapot!:
Over hoe hij naar huis is gegaan, is niet veel bekend. Het is aannemelijk dat hij niet heeft afgewacht totdat hij eindelijk officieel gerepatrieerd zou worden in een min of meer georganiseerd transport. Waarschijnlijk zag hij kans ‘met de Russen’ mee te gaan. Vol afschuw verliet hij die troepen later weer, om in z’n eentje verder te gaan; stukjes per trein, in vrachtauto’s, vooral lopend. De hele reis zou toch nog zo’n zes weken duren. En hij kwam thuis met een ontzettende hekel aan paprika’s, Russen en Duitsers. De geur van paprika's alleen al associeerde hij met de gruweldaden van het Rode Leger waarvan hij meermalen getuige was. En toen - veel later - twee Duitse schoolmeisjes in het kader van een uitwisselingsprogramma thuis logeerden, heeft hij zich niet laten zien.

Wat hij precies meemaakte, is niet bekend. Uit het weinige dat hij vertelde bleek dat hij onderweg ooggetuige was van wreedheden van Russische soldaten tegen de Duitse bevolking. In de praktijk beheersten die ervaringen in toenemende mate zijn leven, tot majoor b.d. H. de Pater in 1986 op 69-jarige leeftijd overleed.

Henk de Pater verwerkte zijn oorlogservaringen in stilte. Door elke week een bezoek te brengen aan zijn gesneuvelde kameraden op de Grebbeberg. Officiële plechtigheden vermeed hij. ‘De oorlog’ leverde thuis altijd emoties op; het onderwerp werd welbewust vermeden. Zijn verhalen kon - of wilde - hij niet kwijt.

Verkrachtingen

Ieder verhaal is verschillend. Gijsbrecht van Amstel sluit zijn boek 'De zak met vlooien' af met zijn eigen bevrijding. Over het vervolg meldt hij nog (pag. 285):

Dat het na de bevrijding nog drie maanden zou duren vóór wij de kans kregen naar Nederland terug te keren konden wij toen nog niet bevroeden. Evenmin wisten wij toen wat ons in die komende maanden boven het hoofd hing. Weinig konden wij vermoeden, dat onze kennismaking mnet de Russen in die maanden onze stoutste fantasieën verre zou overtreffen.
We maakten er de dolste kluchten, de grootste tragedies en volledige Wild-West scenes mee. We werden beroofd van onze allerlaatste schaarse kostbaarheden en kregen omgekeerd weer een gouden horloge cadeau, we werden uitgenodigd voor een 'gala'-diner, maar werden ook in een kelder opgesloten. Kortom, we deden een hoeveelheid ervaringen op, waarmee alleen al een volledig boek te vullen zou zijn en die ik voor geen goud in mijn leven zou hebben willen missen.
tank Een Russische tank, die achterbleef na de ontzetting van Neubrandenburg, werd definitief geparkeerd op de Hochstrasse. Item 3 op website Neubrandenburg – Stadt mit der vier Tore >

Leo de Hartog (pag. 355) vermeldt andere details. De bevrijde kampbewoners waren volgens hem getuige van verschillende verkrachtingen door Russische soldaten:

Onze bevrijders deden dit op een wat merkwaardige wijze. Het viel verschillenden van ons op dat de Russen dit soort vergrijpen vaak in groepjes deden. Als acht à tien Russen enkele jonge vrouwen tegenkwamen, namen ze er een of twee uit die ze misbruikten, terwijl de rest van de meisjes ongemoeid bleef en in ontzetting de verkrachting aanschouwde. Het gevolg was dat het uitgezochte slachtoffer na zo’n seksuele misdaad lichamelijk en geestelijk een wrak was.
Ook in het kamp vonden verkrachtingen plaats, door vrouwelijke Russische soldaten

Ook de Russische militaire vrouwen wisten hoe zij moesten optreden om hun zinnen ‘buitenlands’ te bevredigen. Hoewel dit aanzienlijk minder frequent optrad dan bij jonge vrouwen, werden enkele oud-krijgsgevangenen door middel van een pistool gedwongen met een Russin vleselijke gemeenschap te hebben. Het verschil met de misbruikte vrouwen zal wellicht zijn geweest dat de oud-krijgsgevangene daarna geen geestelijk wrak was.
Bekend is dat vrouwen in de Russische zone van Berlijn enkele weken lang volstrekt vogelvrij waren. Dat werd voor het eerst in 1959 expliciet beschreven in een roman, ’Eine Frau in Berlin’, die in 2002 als film werd uitgebracht. De manschappen van het Rode Leger eigenden zich de vrouwen toe als oorlogsbuit, als wraak voor de misdrijven die door de Duitsers in de Sovjet-Unie waren gepleegd.

Russische haat

Hoe de Russen in Duitsland te keer gingen werd uitgebreid beschreven door Antoine Verbij in het Historisch Nieuwsblad (8/2011 - toegang na registratie).

Binnen het Russische leger werd de haat alleen maar groter naarmate zij dichter bij Berlijn kwamen. Onderweg zagen zij de verschrikkingen die het Duitse leger had aangericht. De Russen kwamen dan ook niet voor de bevrijding van Pommeren, Brandenburg en Silezië naar het westen, maar om wraak, extreem geweld, plundering, verkrachting dood en verderf op een zo grote schaal, alsof de gevechten in het begin van de oorlog herleefden.
Ilja Ehrenburg, een correspondent van de krant Rode Ster, en volgens Wikipedia als journalist in de frontlinie ingezet voor Russische propaganda-doeleinden (aanwakkeren van Duitsland-haat), beschreef in zijn artikelen hoe Duitsers omgingen met Russen. Russische soldaten die de artikelen lazen kregen de indruk dat wraak op alle Duitsers gewoon geoorloofd was.

Van officiële zijde werden geen maatregelen getroffen om dit te voorkomen. Legerleider generaal Zjoekov riep zijn mannen op, om Duitsers zonder mededogen te verpletteren.

Vluchtelingen

vluchelingen < Duitse vluchtelingen uit Oost-Pruissen proberen het Rode Leger voor te blijven. Afbeelding uit documentaire Flucht und Vertreibung (1981).

Hun gemakkelijkste prooi waren de Duitse vluchtelingen, die in grote paniek hun geboortegrond in het vroegere oosten van Duitsland hadden verlaten om de Rode Furie voor te blijven. Begrijpelijk, want:

Ruim 250.000 mensen trokken meestal lopend vanuit Oost-Pruisen richting het centrum van Duitsland, maar zij liepen de oprukkende Russische legers in de weg, en als ze dan niet snel genoeg aan de kant konden komen, dan werden zij eenvoudig weg door de tanks vermorzeld. Die weg richting het westen, was dan ook bezaaid met kapotte voertuigen, kapot huisraad, dode paarden en dode mensen, maar ook vele stervende mensen, vanwege honger, dysenterie, dorst en uitputting.
De krijgsgevangenen in Neubrandenburg zagen de groepen ‘Polen’ ook langs komen, zonder dat ze begrepen welke drama’s er passeerden. En de vluchtelingen zelf waren vogelvrij:

Zonder mededogen beroofden de Russen de vluchtelingen van kostbaarheden zoals horloges en sieraden, maar ook van kleding en schoeisel. Vrouwen maar ook jonge meisjes werden meegesleurd om verkracht te worden, en niet alleen door soldaten, ook officieren deden er aan mee. Als zij geluk hadden, overleefden zij het, maar wat is geluk in deze, als enkele tientallen soldaten je misbruikt hadden. Maar dan was je er nog niet, de kans was erg groot dat je vervoerd werd naar Siberië, om daar in de oorlogsindustrie te werk gesteld te worden. Sommigen kwamen pas enkele jaren later terug, de oorlog was toen al 3 jaar afgelopen.

Goelag

De Russische majoor Lev Kopelev, die naar Oost Pruissen werd gestuurd om te zien of de communistische netwerken in de voormalige Duitse provincie gebruikt konden worden tegen de nazi’s en voor Rusland, zag daar hoe ‘zijn’ soldaten daar te keer gingen.

Zij hadden hele dorpen in brand gestoken, de inwoners verjaagd of vermoord, zelfs een plek om te slapen was er niet meer. Kleding, huisraad, alles waar in zijn Rusland gebrek aan was, werd hier in domme woede in de brand gestoken, enkel om wraak te nemen.
Kopelev meldde zijn superieuren over het weerzinwekkend gedrag van de Russische soldaten. Hij werd vrijwel onmiddellijk gearresteerd en naar een Russische Goelag gestuurd op beschuldiging van medelijden met de vijand, en actie tegen wraak en haat.

Wraak

Maar diegenen die achterbleven, wachtten een nog vreselijker lot, meldt het Historisch Nieuwsblad:

Zij werden beroofd van horloges, sierraden en kleding, vrouwen uit de rijen gesleurd, bijeen gedreven en groepsgewijs verkracht. Hele nachten werd er geschreeuwd en gehuild door de vrouwen, en na dagen van marteling en verkrachting werden zij uitgeput in rijen voortgedreven naar kilometers verderop gelegen spoorwegemplacementen, soms wel honderd kilometer, en afgevoerd in overvolle treinwagons naar werkkampen in Siberië.
Al met al vluchtten ca. 7.5 miljoen mensen voor de Russische legers, ca. 5 miljoen bleven achter, en kregen te maken met intimidatie, mishandeling, moord en gewelddadigheden, in gebieden die Duits geweest waren, en door 12 miljoen mensen bewoond was geweest.

Inhoud | Verder met: ’Niks’ meegemaakt

Make a Free Website with Yola.